Tijdens Prinsjesdag 2023 werd reeds aangekondigd dat het kabinet vanaf 2023 ondernemingen de mogelijkheid wil bieden om hun nieuwe investeringen sneller af te schrijven. Aanleiding hiervoor is de verwachte economische neergang waardoor de verwachting bestaat dat ondernemingen hun investeringen zullen terugschroeven. Door nu investeren fiscaal aantrekkelijker te maken, wil de overheid het investeringsniveau toch op niveau proberen te houden. Een vergelijkbare regeling werd reeds ingevoerd tijdens de kredietcrisis. Vraag is echter hoe effectief dit zal zijn?

Eerst maar even de basis. Hoe ziet de regeling eruit? Dankzij deze regeling kan een onderneming die in 2023 investeert in een bedrijfsmiddel, eenmalig tot 50% van het investeringsbedrag willekeurig afschrijven. Het restant moet de onderneming in de jaren daarna regulier afschrijven. De verruiming geldt voor zowel de inkomsten- als voor de vennootschapsbelasting. De regeling geldt alleen voor nieuw aangeschafte bedrijfsmiddelen. Investeringen in bedrijfsmiddelen die al in gebruik zijn of tweedehands worden gekocht, tellen hier dus niet voor mee. Vervolgens moet het bedrijfsmiddel uiterlijk in 2025 in gebruik worden genomen.

Uitzonderingen
Er gelden verder enkele belangrijke uitzonderingen. Willekeurige afschrijving is voor bepaalde bedrijfsmiddelen niet mogelijk zoals gebouwen, schepen, vliegtuigen en bedrijfsmiddelen die bestemd zijn voor verhuur aan derden. Ook bedrijfsmiddelen waarop via een andere regeling, zoals de VAMIL-regeling, willekeurig wordt afgeschreven zijn uitgesloten. Personenauto’s die niet bestemd zijn voor beroepsvervoer vallen in principe ook niet onder de verruimde afschrijving. Wel is er een uitzondering voor personenauto’s met een ‘nulemissie’.

Gaat deze regeling het investeringsniveau binnen Nederland op niveau houden? Dat denk ik niet. Het is natuurlijk goed om (belangrijke) investeringen fiscaal te ondersteunen. Dat vindt echter al uitvoerig plaats in de vorm van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, milieu-investeringsaftrek en de energie-investeringsaftrek. Succesvolle regelingen waarbij ondernemers een direct fiscaal voordeel (extra aftrekpost) kunnen realiseren. Bovendien zijn de laatste twee regelingen gericht op investeringen die ook toekomstbestendig zijn. De nieuwe regeling voor versneld afschrijven maakt geen onderscheid. Zwaar vervuilende bedrijfsmiddelen vallen hier gewoon onder.

Een regeling voor versneld afschrijven gaat mijn inziens dan ook niet ineens een groot verschil maken. Allereerst omdat het voordeel hiervan beperkt is. Men mag eerder afschrijven, maar uiteindelijk niet meer. We hebben het zodoende alleen over een rentevoordeel, behoudens in de gevallen waarbij de winstverdeling over de jaren van een onderneming dusdanig is dat een tariefsvoordeel kan worden behaald. Een dergelijk voordeel blijkt in de praktijk vaak lastig voorspelbaar omdat winsten en verliezen zich moeilijk laten sturen. Naast het beperkte fiscale voordeel is het sowieso de vraag of ondernemingen zich door fiscale regelingen laten overtuigen. Gaat een onderneming met de verwachting van economische tegenwind toch hierdoor die miljoeneninvestering doen? Of besluit zij het zekere voor het onzekere te nemen en haar kruit droog te houden. Ik denk in veel gevallen het laatste.

Samenvattend ben ik dus van mening dat deze nieuwe regeling voor versneld afschrijven geen enorm verschil gaat maken. Uiteraard is het een voordelige regeling voor het bedrijfsleven en gaat men hiervan profiteren, maar het daadwerkelijke voordeel is beperkt en zal niet tot een hausse aan bedrijfsinvesteringen gaan leiden. Mijn inziens worden de bedrijfsinvesteringen eerder negatief beïnvloed door de maatregelen die dit kabinet de laatste jaren heeft genomen. Het zonder serieuze onderbouwing fors verhogen van de vennootschapsbelasting geeft ondernemers niet het gevoel dat zij kunnen vertrouwen op een stabiel beleid uit Den Haag. Dit gegeven lijkt me van veel grotere invloed op investeringen dan een tijdelijke regeling voor versneld afschrijven.

Bron:Nextens