De huidige lage spaarrente is voor veel belastingplichtigen een doorn in het oog. Niet alleen omdat zij geen serieus rendement kunnen maken op hun spaartegoeden. Ook speelt mee dat de overheid middels de vermogensrendementsheffing in Box 3 tegen een veel hoger fictief rendement belasting heft. Reeds afgelopen voorjaar heeft Staatssecretaris Snel aangekondigd dat er een breed onderzoek moet komen naar een nieuw, beter fiscaal stelsel. Het aanpassen van de vermogensrendementsheffing moet hiervan onderdeel zijn. De bewindspersoon wil niet eenzijdig overgaan tot een dergelijke wijziging omdat dit complexer blijkt dan verwacht. De wijziging zal volgens hem onder meer leiden tot meer administratieve lasten voor burgers en een groter risico op belastingontwijking. Daarnaast moet de overheid accepteren dat de belastinginkomsten meer gaan schommelen en zal een groter deel van de belastingaangifte niet meer vooraf kunnen worden ingevuld. Dergelijke wijzigingen durft Snel op korte tot middellange termijn daarom niet aan.
Onderzoek
In juni van dit jaar oordeelde de Hoge Raad dat de huidige heffing in Box 3 wel degelijk in strijd is met het EVRM. Deze uitspraak leek veelbelovend maar biedt voor belastingplichtigen weinig soelaas. Het hoogste Nederlandse rechtscollege laat het namelijk aan de wetgever over de wet aan te passen. Staatssecretaris Snel heeft naar aanleiding hiervan aangekondigd reeds met Prinsjesdag 2019 de uitkomsten bekend te maken van een kort onderzoek naar Box 3 en spaargeld. Is het mogelijk de vermogensrendementsheffing ten aanzien van spaargeld reeds nu aan te passen zodat belastingplichtigen worden belast tegen het werkelijk behaald rendement of een rendement dat daarbij in de buurt komt? Zo luidt de onderzoeksvraag.
Kleine aanpassing verwacht
Ik vrees echter dat we op de derde dinsdag van september niet zeer positief verrast zullen worden op dit vlak. Wanneer men er namelijk voor kiest om spaargeld anders te belasten dan andere vermogensbestanddelen in Box 3 dan ligt anticipatie op de loer. Wat nu wanneer ik mijn aandelen in december verkoop en zodoende liquide maak. Profiteer ik dan van een lagere Box 3 heffing op de peildatum? Dergelijke ontwijkingsmogelijkheden maken een stelselwijziging niet eenvoudig. Niet voor niets heeft Snel reeds eerder gemeld dat een volledige aanpassing van Box 3 naar een heffing op basis van werkelijk rendement pas vanaf 2021 realistisch is. Het lijkt me zodoende sterk dat een aanpassing voor louter spaargeld wel direct kan worden doorgevoerd. Zeker ook wanneer men de chaos bij de Belastingdienst in ogenschouw neemt, is het duidelijk dat we niet teveel moeten verwachten op dit gebied. Een aanpassing (lees: verlaging) van het fictieve rendement in de eerste schijf lijkt me het hoogst haalbare. Mogelijk in combinatie met het oprekken van deze schijf zodat de meeste spaarders hiervan profiteren.
Al met al zal Box 3 voor de meeste spaarders een hard gelach blijven, ook na Prinsjesdag 2019.